zondag 17 januari 2010

Knikstaart,uitsluiten van fok?

Knikstaart,mee fokken of niet?


Aangeboren skelet afwijkingen en afgeleiden daarvan en de eventuele gevolgen die de gezondheid bedreigen worden vaak onderschat.
 Vrijwel alle dierenartsen en kynologen zijn het er over eens dat een knikstaart een genetisch defect is. Het is in het belang van een ras om bekende genetische defecten uit te sluiten voor de fokkerij. Gezien de gevaren op andere afwijkingen, ben ik van mening dat het fokken met een knikstaart per definitie onverantwoord is. Afwijkingen aan staartwervels behoren tot de skeletafwijkingen. Ze kunnen verschillend van vorm zijn, afhankelijk van het defecte gen of de defecte genen. Zo kan de staart afwezig, te kort met een stop einde of een stompstaart zijn. De staart kan één of meerdere knikken vertonen van verschillende vorm, haken en niet verstrijkbare krommingen. Er kunnen te weinig of teveel wervels zijn en soms dubbel. Ook afwijkingen aan de tussenwervelgewrichten komen voor. Knikstaarten kunnen overigens nog enkele weken na de geboorte optreden. Beperken deze staartafwijkingen zich tot de staart, dan heeft de hond hier geen last van en zal onbekommerd kunnen leven. Wordt er echter met deze honden gefokt, dan kunnen dergelijke misvormingen gaan optreden in het nageslacht. Deze afwijkingen worden meestal gecategoriseerd als aangeboren afwijkingen welke niet erfelijk zouden zijn. Natuurlijk komt dat ook voor. Denkt u maar aan de Softenonbaby’s. Zolang echter geen niet-erfelijke oorzaak is vastgesteld moeten wij er veiligheidshalve van uitgaan dat erfelijke factoren een rol spelen. De omgekeerde redenatie; Eerst maar eens aantonen dat het erfelijk is, kan ernstige gevolgen voor de populatie hebben. 
Een knikstaartje is dus een vrij milde afwijking maar als je dus met zo'n hond fokt dan is de kans op erger dus groter. 
Je kunt je dus voorstellen dat bijvoorbeeld de Engelse en Franse Bulldog een verhoogd risico hebben (kijk maar zijn van nature knikstaartjes) op de andere afwijkingen en dat is dus ook zo. Ik denk dat het slim is om honden met een knikstaart voor de fok uit te sluiten alleen al met het oog op deze voorbeelden van de natuur. Ook honden die knikstaarten vererven zou ik uitsluiten van de fok.
Aangezien legio mensen hele kuddes smoesjes hebben bij pups met een knikstaart, als tussen de deur gekomen, moeder heeft het gedaan en ga zo maar door, zijn de keurmeesters en dierenartsen hier nogal terughoudend in om uitspraken te doen.

De fokkers zijn verantwoordelijk voor hun gefokte honden en de keurmeesters hebben een belangrijke taak om daarop te letten bij de keuringen.
Voor het tot stand komen van wetmatigheid is homozygotie (fokzuiverheid) nodig.
Bijvoorbeeld wij hebben allemaal een lever en een hart en gaan er automatisch vanuit dat bij onze kinderen dit zich ook zo ontwikkeld. Dit geldt sterker voor een ras, als bv. twee
Boerboels paren, verwachten we weer een Boerboel.
Voor dit proces c.q. procedure van cel tot individu zijn er ± 80.000 erffactoren nodig waarvan per definitie een groot aantal homozygoot zijn. Bij onderzoek zijn de overervende gedragingen terug te vinden. Zoals dominantie, recessiviteit, of intermediaire vererving. Regelmatig treden er mutaties op. Hierdoor ontstaat er een verandering in het gen. Als het positief is, is het in de meeste gevallen niet erg.
Maar in het geval dit negatief is, is er sprake van een defect. Er vallen dan bepaalde signaalfuncties uit. Mutaties treden regelmatig op en ook terugmutaties komen voor.
Een voorbeeld van mutaties in de natuur is de evolutie. Zo ontstaan soorten van dieren en planten die zich kunnen handhaven in bepaalde leefgebieden en landschappen. Treden er positieve mutaties op in de hondenfokkerij dan kunnen die door de fokkers worden vastgelegd en blijven van invloed.
Van invloed op het tot stand komen het Fenotype zijn:
a. Monogene vererving, bijvoorbeeld PRA
b. Polygene vererving, bijvoorbeeld wervelkolom en HD
Bovendien oefenen genen ook invloed op elkaar uit. Dan is er sprake van een interactiviteit der genen. Ook kan een gen invloed uitoefenen op genen die liggen op een ander chromosoom in dezelfde kiemlaag (nooit een andere kiemlaag).
Het begrip “Genetic background”, in het Nederlands genetische achtergrond. Hierin bevinden zich een variabel aantal genen genaamd de “modifiers”. Deze modifiers geven tegengas en zorgen ervoor dat er een normale ontwikkeling komt. Dit wordt overheersingskracht genoemd. De defecten in het gen zijn er wel doch krijgen geen kans zich volledig te uiten in het fenotype. Deze overheersingskracht is wisselend per individu en is afhankelijk van de genetische achtergrond van de ouders. Deze kracht vermindert bij voortschrijdende inteelt. Is de overheersingskracht gering dan krijgen de kwade genen de overhand en dan kan bijvoorbeeld een zichtbaar gebrek ontstaan. Ofwel een te gering aantal modifiers om dit te
voorkomen. Wanneer dit van twee kanten komt, dus van zowel vader als moeder, dan kan de overheersingskracht komen te vervallen en kan het individu niet levensvatbaar zijn. Hoe
sterker wordt ingeteeld hoe geringer de overheersingskracht. Kwalijke eigenschappen zijn meest recessief.
Op deze normaliserende genetische achtergrond kan men selecteren, dat doet de natuur zelf ook.
Conclusie;
Is er Fenotypisch een afwijking te constateren dan is er onvoldoende werking van normaliserende genen.
Wij dragen allen een bepaald aantal gen-defecten met ons mee. Deze komen echter niet of in geringe mate tot uiting in het Fenotype.
Fokker en keurmeesters zijn meestal geen dierenartsen. Daarom zien ze alleen afwijkingen welke met het blote oog te zien zijn of met de vingers te voelen.
Fokkers en keurmeesters moeten goede waarnemers zijn ,zij kunnen zien en voelen en zij moeten goed weten wat functioneel als normaal beschouwd moet worden. De
verantwoordelijkheid ligt dus zowel bij Fokker als Keurmeester .
Voor mij een van de waarneembare afwijking van het normaal beeld met eventueel consequenties voor de fokkerij is de knikstaart
Een normale staart heeft lange smalle wervels met steeds kleiner wordende botjes. Bij een knikstaart daarentegen zijn de wervels korter, liggen niet recht en zijn vergroeid.
 Knikstaarten in zijn verschillende vormen niet reeds aanwezig bij de geboorte kan zich ook later manifesteren tot ca. 8 weken na de geboorte
Abnormaal is het niet verstrijkbare, krullen of golven in de staart
Zo zijn er verschillende vormen van mis makingen en soms heel ernstig mismaakt. Op grond van de interactie tussen genen strekt de invloed zich verder uit.
Zelfs het kleinste knikje kan ernstige gevolgen hebben. (Al is hier nog weinig als geen onderzoek naar gedaan.)
Zoals bijvoorbeeld Kyfose / Scoliose, krommingen in de wervelkolom (bulten).
Als voorbeeld wordt genoemd een nest waarbij moeder met knikstaart, niet één pup had met dat probleem. Later bleek dat enkele nakomelingen een knik in de lendenwervels hadden. Zo zie je hoe gevaarlijk het kan zijn als je met een knikstaart fokt.
Zelf heb ik ook al ervaring met de problemen van knikstaarten.
Bij bepaalde rassen komen heel veel skeletafwijkingen voor. Vaak hebben deze rassen een heel hoge pijngrens zodat de natuur het beest beschermt.
Hoe dan ook, het is altijd een teken dat er defecte genen in de ouderdieren aanwezig zijn.
Wanneer wij een afwijking constateren is de normaliserende kracht van de genetische achtergrond op dat punt onderbroken.
Een hond met een knikstaart kan een heerlijk gezond en fijn leven hebben. Kan zelfs nakomelingen geven zonder knikstaart. Echter onder deze nakomelingen of nakomelingen
van familieleden kunnen afwijkingen optreden. Hiermee fokken moet eigenlijk niet,tenslotte heeft de hond een genetische afwijking.
Of moeten we ons enkel druk maken om HD-ED,nee we maken ons ook druk om entropion,of ectropion wat toch ook niet zo een verschrikkelijke erfelijke aandoening is.
Dus waarom niet om de knikstaart?
of moeten we gewoon wachten totdat men ondekt dat het ernstige problemen geeft in de populatie?
Dit alles moet niet demoraliserend worden opgevat,of beschuldigend maar doet wel een ernstig beroep op de verantwoordelijkheid van fokker en keurmeesters. Onder deze zou een grotere openheid moeten komen voor wat betreft datgene wat een fokker in hun nesten ontdekken of tegenkomen.
Het algemeen belang van een ras en vooral van de honden dient te prevaleren boven deel belang, nl. dat van de fokker, wat dat ook moge zijn.
Het staart coupeerverbod past geheel in het straatje van velen ,zoals ook in dat van mij ,want op dit
moment zijn heel veel fouten waar te nemen die in het verleden verborgen bleven. In eerste instantie een vreselijk gezicht een bepaald ras met staart, maar het went heel gauw.
Wanneer wij met z’n allen onze verantwoordelijkheid beseffen en ook nemen, betekend dit dat wij de gezondheid en het welzijn van ons ras hoog in het vaandel hebben. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten